Batavia Mater
Dolorosa West-Java
31-5-2011
Andere
benaming
De Goede
Herder
Ligging
Dit
nonnen-klooster lag in het zuid-oostelijk stadsdeel Meester Cornelis. Het
adres was Pasarstraat 122 (thans Raya Jatinegara Barat 122). Dit klooster
behoorde aan de Congregatie van de Zusters van den Goeden Herder. Dit
klooster werd begin 1945 ingericht als ziekenhuis voor zieken uit de
mannenkampen in West-Java. |
Kampcommandant
Mitsufugi (03.45 -
08.45)
Kampleiding
Zuster
Bank (de “directrice”)
Transporten
(deels volgens Atlas Japanse Kampen)
datum |
binnengekomen uit |
vertrokken naar |
aantal per transport |
aantal in kamp |
type personen |
xx.xx.45 |
Bat: Sint Vincentius |
|
20 |
|
vp
(1) |
10.05.45 (2) |
Tjim: 4e en 9e
Bataljon |
|
760 |
|
zj,zm |
10.05.45 (3) |
Band: 15e Bataljon |
|
523 |
|
zj,zm |
12.05.45 |
Bat: Kramat |
|
29 |
1300 |
no (4) |
xx.xx.45 |
|
Bat: Sint Vincentius |
20 |
|
vp
(5) |
xx.xx.45 |
|
Bat: Sint Vincentius |
100 |
|
zm |
xx.xx.45 (6) |
|
Overleden |
276 |
|
zj,zm |
23.08.45 |
|
|
|
1000 |
vp,zj,zm |
Afkortingen/Noten
no=nonnen,
vp= verplegend personeel, zj=zieke jongens, zm=zieke mannen
Band=Bandoeng, Bat=
(1) een
deel van de Tjideng-groep, die Sint Vincentius had ingericht als ziekenkamp
(2) en op
13.05.45, 20.05.45 en 21.05.45
(3) en op 21.05.45
(4) verpleegsters,
voorheen werkzaam in het Carolus-ziekenhuis
(5) de
Tjideng-groep, die het ziekenkamp inrichtte, keerde terug naar Sint Vincentius
(6) in de
periode van mei tot augustus 1945
Verplegend
personeel
Een
kleine groep vrouwen (met hun kinderen, totaal ongeveer 20 personen) werd
vanuit het kampziekenhuis Sint Vincentius naar Mater Dolorosa overgebracht;
bij aankomst was het gebouw leeg, het was kort te voren ontruimd. De vrouwen
moesten – net zoals zij in Sint Vincentius hadden gedaan – de komst van
ernstig zieke kampbewoners voorbereiden. Nu ging het om mannen uit de
burgerkampen in Bandoeng en Tjimahi. Na enige weken ging deze groep vrouwen
en kinderen weer terug naar Sint Vincentius. |
Nonnen
Behalve
de nonnen van het klooster zelf, kwamen er nog 29 nonnen uit het Kramat-kamp
om de zieke mannen te verzorgen. Een oudere zuster, zuster Bank, was de
“directrice”. |
Zieken
De zieke
mannen kwamen per trein uit Bandoeng en Tjimahi in Batavia aan en werden in
open vrachtauto’s van het station naar Mater Dolorosa gebracht; de meeste van
hen waren lopende patiënten. Bij aankomst zagen de mannen er zeer slecht uit:
zij hadden bijna geen kleren aan, waren ongeschoren, hadden holle gezichten
en lang haar. Zij lagen op hun eigen matrasje of tikar. Het sterftecijfer was
hoog: gedurende de maanden juli en augustus stierven er 10 à 12 jongens of
mannen per dag. Na de
Japanse capitulatie kwamen er geen nieuwe zieke jongens en mannen meer bij,
enkele werden overgebracht naar ziekenhuizen in Batavia; het sterftecijfer
bleef nog enige tijd hoog. |
Sterfgevallen
In de
periode van mei tot augustus 1945 waren er 276 sterfgevallen.
Literatuur
Beekhuis,
H. e.a. – Atlas Bersiapkampen, 2009, pg 50 (gebeurtenissen tijdens de Bersiap)
Dulm, J.
van e.a. - Atlas Japanse Kampen, deel I, 2000, pg 100
Jong. L.de
- Het Koninkrijk der Nederlanden in WOII, deel 11B, 1985, pg 833
Liesker,
H.A.M. - Oproep, Moesson 42, nr 9 (15.03.98), pg 4
Manders,
Jo - De lach uit leed geboren. pg 69-70
Rapport
van War Crimes Investigation Team, NIOD, IC 080.605
Velden,
Dora van - De Japanse burgerkampen, 3e druk, 1977, pg 365
Wal-Meyneken,
Suzanne van der – Nederlands-Indische Herinneringen, 2000 (uitgave in eigen
beheer)
Wolters,
Jan - De Lazaristen-missie tijdens de Japanse bezetting, VAP 32(1946), nr 4
Zwitzer,
H.L. - Mannen van 10 jaar en ouder, 1995, pg 307
Foto’s
Dulm, J.
van e.a. - Atlas Japanse Kampen, deel I, 2000, pg 100, 101
Plattegrond
Dulm, J.
van e.a. - Atlas Japanse Kampen, deel I, 2000, pg 100